1520. Albrecht Dürer (1471-1528) vertrekt op reis om de keizerskroning van Karel V in Aken bij te wonen. Hij hoopt op een audiëntie, want hij heeft nog een salaris te goed van diens overleden grootvader, Maximiliaan I van Oostenrijk. Maar de expeditie stopt niet in Aken. De kunstenaar met een modern aandoend gevoel voor marketing beslist door te reizen naar Antwerpen, in zijn tijd Europa’s belangrijkste handelsmetropool. En dus the place to be voor een kunstenaar die wil netwerken en zijn markt uitbreiden. Hij benut de expeditie ook om inspiratie op te doen bij collega’s en tijdens toeristische uitstappen. Precies elf maanden – van 2 augustus 1520 tot 2 juli 1521 – zal Dürer in Antwerpen wonen. 

Gierig

Dürer houdt een reislogboek bij waarin we kunnen volgen wanneer hij sokken koopt of andere uitgaven doet. Dürer blijkt daarbij toch wat aan de gierige kant. Daarnaast vertelt zijn logboek over wie hij in Antwerpen ontmoet, zoals de bekende kunstenaars Quinten Massijs, Bernard van Orley en Lucas van Leyden.

Joachim Patinir nodigt Dürer uit in zijn atelier én op zijn bruiloft. Dürer noemt hem ‘der gut Landschaftsmaler’ en lanceert zo het begrip ‘landschapschilderkunst’.

Een processie in woord en beeld

Op zondag 19 augustus 1520 woont de Duitser de jaarlijkse Onze-Lieve-Vrouweprocessie bij. Nauwkeurig beschrijft hij in zijn reisboek de mensenmassa, feeststemming, prachtige kledij en de praalwagens.

Bezoek van Albrecht Dürer in Antwerpen, Henri Leys
Bezoek van Albrecht Dürer aan Antwerpen in 1520 - Henri Leys, 1855

Drie eeuwen later inspireren de notities over de processie Henri Leys (1815-1869) om Bezoek van Albrecht Dürer in Antwerpen te schilderen. Vanonder de luifel van de Engelenborch in de Wolstraat zien we samen met Dürer de gilde van de voetboogschutters voorbijtrekken. Leys stelt het tafereel kleurrijk en gedetailleerd voor. Er is een massa op de been voor de stoet, maar de scène is toch ingetogen en ernstig. De gebaren zijn beheerst. Het lijkt zelfs oorverdovend stil.

In deze voorstelling is er nauwelijks een verschil tussen hoofd- en bijzaak. Het historische tafereel lijkt op een snapshot. Daarom oogt het authentiek. Ondanks de titel is het wel zoeken naar Dürer. Hij staat uiterst rechts in de schaduw. 

Henri Leys houdt zich niet strikt aan de historische werkelijkheid. Naast Dürer staat Quinten Massijs, en bij Agnes Frey staat Erasmus. Zowel deze twee heren als Agnes Frey waren niet aanwezig bij de ommegang. 

Kopie naar Quintin Massijs - Pieter Gillis, KMSKA
Zelfportret met bontmantel - Albrecht Dürer, Alte Pinakothek München

Patriottisme

In de 19de eeuw draagt kunst bij aan het imago van de vele nieuwe staten of naties. Schilderijen en beeldhouwwerken stellen glansrijke episodes uit de eigen geschiedenis voor. Historische helden en roemrijke kunstenaars uit het verleden worden populaire vedetten.

De KMSKA-collectie bevat nog andere kunstwerken die geïnspireerd zijn op Dürers reis naar de Nederlanden. Joseph Lies (1821 – 1865) laat Dürer met een boot de Rijn afvaren van Neurenberg naar Keulen, op weg naar Antwerpen (inv.nr. 1100). Samen met het werk van Leys vormt het een sleutel in de vroege receptie van Dürer in de Belgische school.

Albrecht Dürer vaart de Rijn af, Joseph Lies, KMSKA
Albrecht Dürer vaart de Rijn af - Joseph Lies, KMSKA

Albrecht Dürer was geen kunstenaar van eigen bodem. Het nostalgische 19de-eeuwse terugblikken op de gouden eeuw van Antwerpen was wel een uiting van het patriottisme in de jonge Belgische natie.

Gratis museummagazine ontvangen?

Abonneer je op Zaal Z